Door Hanke Leerink
Onze Taling 30 uit 1990 hebben we in oktober 2019 gekocht. De basis was goed, maar er was verder behoorlijk wat aan de hand. De eerste winter ging op aan o.a. veel nat hout uit de kajuit verwijderen, de romp schilderen, bakskisten en loodskooi inbouwen en het teakdek restaureren waar nodig, lekkages traceren.
Bovendien lag de punt van de boot veel dieper in het water lag dan de achterkant. De vorige eigenaar heeft een zwaardere mast met rolgrootzeil geplaatst, de oorspronkelijke zware motor door een lichtere vervangen en een zwaar teakdek met het meeste teak op de punt aangebracht. Dit alles heeft, denken we, voor deze onbalans gezorgd. Daarbij bleek de boot erg loefgierig en liep niet lekker, overstag gaan met de punt diep in het water ging niet makkelijk. We begonnen met extra lood toe te voegen in de lage achterin gelegen delen van de boot. Dit hielp om het evenwicht te herstellen. Overstag gaan ging in het eerste vaarseizoen al een stuk soepeler, maar de erge loefgierigheid was niet weg.
In de winter van 2020-2021 besloten we er een boegspriet op te zetten nadat we het een en ander over de Taling 32 hadden gelezen. En nadat we een bezoekje aan Jeroen en de Moonriver hadden afgelegd, hebben we een ontwerp gemaakt. Hierbij hebben we het aangrijpingspunt van het voorstag 90 cm naar voren gezet, op de punt van de boegspriet. De totale lengte van de boot is met 70 cm toegenomen.
Het is een robuuste boegspriet geworden, gemaakt van een 40 mm doorsnede rvs buis. De bocht aan de voorkant heeft een hoek van 90 graden. Het dwars stukje is erin gelast. De preekstoel is van het dek afgehaald, de zeereling is verlengd naar voren en de preekstoel is er onveranderd weer op gezet, nu op de boegspriet. Als verlenging van het voorstag hebben we 2 rvs strippen gemonteerd.
De boegspriet zit aan de buitenkant vast aan de romp met rvs plaatjes (aan de boegspriet vast) die aan de binnenkant van het potdeksel aan rvs contraplaatjes gemonteerd zijn.
Als waterstag hebben we een massieve rvs buis van 100 mm gekozen. De boegspriet hebben we niet de lijn van de zeeg laten volgen, die licht omhoog gaat bij de boeg, maar gekozen voor een rechte lijn.
De boegspriet zelf is gelast bij scheepswerf Geertman in Zwartsluis. Het ontwerp en het montagewerk hebben we zelf gedaan, met de deskundige hulp van mijn vader en een vriend, beide ervaren boten (ver)bouwers.
De erge loefgierigheid behoorde hiermee tot het verleden. Het schip loopt nu lekker en daarbij is de snelheid omhoog gegaan tot een dikke 7 knopen bij een lekker windje.
Verwijdering van het teakdek:
Wat bleef was lekkages in de kajuit bij regen. Aan de binnenkant hadden we al alle doorvoeren die we konden vinden zonder het interieur te slopen van extra kit voorzien, maar het was niet genoeg.
De lekkages kwamen van gangboorden. De naden van het teakdek hadden we waar die weken vervangen en extra kit bij de randen van het dek gedaan, maar er bleef water de kajuit in komen. De bovenkant van het teakdek was dus niet waterdicht. De keus was of alle rubbernaden vervangen, of het teakdek op de gangboorden en de punt eraf halen. We hebben als proef een stukje teak op het gangboord doorgesneden tot op het polyester en een stukje verwijderd. Het bleek te bestaan uit een laag teakhout, een laag kit en een houten onderlaag die niet uit teakhout bestaat. Dit alles zat vastgelijmd, niet geschroefd. Met name de houten onderlaag was erg nat. Na een teakdek expert te hebben uitgenodigd, was het oordeel dat dit niet meer te repareren is. Met een Fein multimaster hebben we alles verwijderd door eerst een doorsnede te maken tot op het polyester en daarna het teak door te snijden in de rubber naden. Zo konden we plankje voor plankje eraf halen. Veel stukken zaten erg vast en zijn in kleine stukjes afgekomen. Wat er overbleef leek een maanlandschap. Met veel schuren en krabben is dat goedgekomen. De oorzaak van de lekkages in de kajuit werd al snel duidelijk: er zaten aan beide boorden open gaten waar, voordat het teak geplaatst is, een fokkerail had gezeten. De meeste gaten van de voormalige rail waren dichtgemaakt, maar een handjevol was nog open. Het water dat onder het teak zat, kwam door allerlei kieren de kajuit in en de boel onder het teak kon niet meer drogen. Nadat alles verwijderd was, bleek met een vochtmeter het polyester droog genoeg om te plamuren en te schilderen.
We hebben een laag epoxy plamuur (roze), 2 grondlagen (grijs) en 3 lagen 2 componenten lak (gebroken wit) door een professioneel jachtschilder laten aanbrengen. Met de plamuurlaag zijn alle overbodige gaten gedicht en is het dek geëgaliseerd. Er bleken nogal wat kuilen in te zitten. In de laatste laklaag is een deel van het loop gedeelte met antislip geschilderd. De hele verfactie is in een verwarmde loods gedaan. Het plamuur heeft een week uitgehard. Het doorgestoken roer hebben we er niet uitgehaald, zodat we een klein stukje teakhout om de doorvoer op het dek hebben laten staan. Ook het teak op het dak van de kajuit en in de kuip hebben we laten zitten.
Alle beslag is er weer op gezet, met deels nieuwe schroeven en moeren en kit om de boel goed vast te zetten. Alles bij elkaar is er ongeveer 100 kg teak, onderlaag, kit en lijm van de boot af gekomen.
De lekkages behoren hiermee gelukkig tot het verleden. Volgende winter gaan we de opbouw en de kuip schilderen.